blýská

Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /bliːskaː/
Woordafbreking
  • blý·s·ká

Werkwoord

blýská

  1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd aantonende wijs van het imperfectieve werkwoord blýskat
Gelijkklinkende woorden
  • blízká
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.