bleachen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bleachen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • blea·chen
Woordherkomst en -opbouw
  • van het Engels
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
bleachen
bleachte
gebleacht
zwak -t volledig

Werkwoord

bleachen

  1. bleken (van tanden met als doel de tandkleur witter te maken)
Hyponiemen
  • homebleachen

Gangbaarheid

  • Het woord bleachen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.