blondeerde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  blondeerde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • blon·deer·de

Werkwoord

vervoeging van
blonderen

blondeerde

  1. enkelvoud verleden tijd van blonderen
    • Ik blondeerde. 
    • Jij blondeerde. 
    • Hij, zij, het blondeerde. 

Gangbaarheid

  • Het woord blondeerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.