blufte

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  blufte    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • bluf·te

Werkwoord

vervoeging van
bluffen

blufte

  1. enkelvoud verleden tijd van bluffen
    • Ik blufte. 
    • Jij blufte. 
    • Hij, zij, het blufte. 

Gangbaarheid

  • Het woord blufte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.