bonkte

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bonkte    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • bonk·te

Werkwoord

vervoeging van
bonken

bonkte

  1. enkelvoud verleden tijd van bonken
    • Ik bonkte. 
    • Jij bonkte. 
    • Hij, zij, het bonkte. 

Gangbaarheid

  • Het woord bonkte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.