boompiepertjes

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  boompiepertjes    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈbompipərcəs/ (4 lettergrepen)
    • (Noord-Nederland): /ˈbom.pi.pər.cəs/
    • (Vlaanderen, Brabant): /ˈbom.pi.pər.tʲəs/
Woordafbreking
  • boom·pie·per·tjes

Zelfstandig naamwoord

deboompiepertjesmv

  1. verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord boompieper
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.