borgde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  borgde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • borg·de

Werkwoord

vervoeging van
borgen

borgde

  1. enkelvoud verleden tijd van borgen
    • Ik borgde. 
    • Jij borgde. 
    • Hij, zij, het borgde. 

Gangbaarheid

  • Het woord borgde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.