botaniseerde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: botaniseerde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- bo·ta·ni·seer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
botaniseren |
botaniseerde
- enkelvoud verleden tijd van botaniseren
- Ik botaniseerde.
- Jij botaniseerde.
- Hij, zij, het botaniseerde.
- Ik botaniseerde.
Gangbaarheid
- Het woord botaniseerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.