buitenzet

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  buitenzet    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • bui·ten·zet

Werkwoord

vervoeging van
buitenzetten

buitenzet

  1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van buitenzetten
    • ... dat ik buitenzet. 
  2. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van buitenzetten
    • ... dat jij buitenzet. 
  3. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van buitenzetten
    • ... dat hij buitenzet. 

Gangbaarheid

  • Het woord buitenzet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.