bumste
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: bumste (hulp, bestand)
Woordafbreking
- bumsĀ·te
Werkwoord
vervoeging van |
---|
bumsen |
bumste
- enkelvoud verleden tijd van bumsen
- Ik bumste.
- Jij bumste.
- Hij, zij, het bumste.
- Ik bumste.
Gangbaarheid
- Het woord 'bumste' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.