camperen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  camperen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • cam·pe·ren
Woordherkomst en -opbouw
  • afleiding van camper met het achtervoegsel -en

Werkwoord

camperen

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
camperen

gecamperd
onvolledig
  1. op vakantie gaan met een kampeerauto

Gangbaarheid

  • Het woord camperen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.