cariñen
Spaans
Werkwoord
vervoeging van |
---|
cariñar |
cariñen
- aanvoegende wijs derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van cariñar
- gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van cariñar
vervoeging van |
---|
cariñarse |
cariñen
- aanvoegende wijs derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van cariñarse
- gebiedende wijs (ontkennend) derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van cariñarse
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.