carjackte

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  carjackte    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • car·jack·te

Werkwoord

vervoeging van
carjacken

carjackte

  1. enkelvoud verleden tijd van carjacken
    • Ik carjackte. 
    • Jij carjackte. 
    • Hij, zij, het carjackte. 

Gangbaarheid

  • Het woord carjackte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.