carjackte
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: carjackte (hulp, bestand)
Woordafbreking
- car·jack·te
Werkwoord
vervoeging van |
---|
carjacken |
carjackte
- enkelvoud verleden tijd van carjacken
- Ik carjackte.
- Jij carjackte.
- Hij, zij, het carjackte.
- Ik carjackte.
Gangbaarheid
- Het woord carjackte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.