chicaneer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  chicaneer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • chi·ca·neer

Werkwoord

vervoeging van
chicaneren

chicaneer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van chicaneren
    • Ik chicaneer. 
  2. gebiedende wijs van chicaneren
    • Chicaneer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van chicaneren
    • Chicaneer je? 

Gangbaarheid

  • Het woord chicaneer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.