clausuleerden
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: clausuleerden (hulp, bestand)
Woordafbreking
- clau·su·leer·den
Werkwoord
| vervoeging van |
|---|
| clausuleren |
clausuleerden
- meervoud verleden tijd van clausuleren
- Wij clausuleerden.
- Jullie clausuleerden.
- Zij clausuleerden.
- Wij clausuleerden.
Gangbaarheid
- Het woord clausuleerden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.