competeer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  competeer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • com·pe·teer

Werkwoord

vervoeging van
competeren

competeer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van competeren
    • Ik competeer. 
  2. gebiedende wijs van competeren
    • Competeer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van competeren
    • Competeer je? 

Gangbaarheid

  • Het woord competeer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.