constar

Spaans

stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
constar
constaba
constado
volledig

Werkwoord

constar

  • onovergankelijk
  1. vaststaan, blijken, zeker zijn
  2. vermeld staan
  3. bestaan uit
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.