constatar
Spaans
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd |
voltooid deelwoord |
constatar |
constataba |
constatado |
volledig |
Werkwoord
constatar
- overgankelijk
- constateren, vaststellen
- «Constato con gran satisfacción.»
- Ik constateer tot mijn groot genoegen.
- «Constato con gran satisfacción.»
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.