construeert

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  construeert    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • conĀ·struĀ·eert

Werkwoord

vervoeging van
construeren

construeert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van construeren
    • Jij construeert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van construeren
    • Hij construeert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van construeren
    • Construeert! 

Gangbaarheid

  • Het woord construeert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.