converser

Frans

Uitspraak
stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
converser
conversais
conversé
eerste groep volledig

Werkwoord

converser

  1. onovergankelijk, (communicatie) converseren, een gesprek voeren
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.