coronacrisisje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  coronacrisisje    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • co·ro·na·cri·sis·je

Zelfstandig naamwoord

hetcoronacrisisjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord coronacrisis
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.