decompenseer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  decompenseer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • de·com·pen·seer

Werkwoord

vervoeging van
decompenseren

decompenseer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van decompenseren
    • Ik decompenseer. 
  2. gebiedende wijs van decompenseren
    • Decompenseer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van decompenseren
    • Decompenseer je? 

Gangbaarheid

  • Het woord decompenseer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.