demoduleert
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: demoduleert (hulp, bestand)
Woordafbreking
- de·mo·du·leert
Werkwoord
vervoeging van |
---|
demoduleren |
demoduleert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van demoduleren
- Jij demoduleert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van demoduleren
- Hij demoduleert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van demoduleren
- Demoduleert!
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.