denazificeert
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: denazificeert (hulp, bestand)
Woordafbreking
- de·na·zi·fi·ceert
Werkwoord
vervoeging van |
---|
denazificeren |
denazificeert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van denazificeren
- Jij denazificeert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van denazificeren
- Hij denazificeert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van denazificeren
- Denazificeert!
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.