dene

Limburgs

Uitspraak
stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
dene
deendje, daan
gedeendj, gedange
klasse 8 volledig
  • IPA: /deːnɐ/ (Etsbergs)

Werkwoord

dene

  1. dienen
    «Wöllem haet nag in g'm heir gedange
    Willem heeft nog in het leger gediend.
  2. serveren
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.