depriveer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  depriveer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • de·pri·veer

Werkwoord

vervoeging van
depriveren

depriveer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van depriveren
    • Ik depriveer. 
  2. gebiedende wijs van depriveren
    • Depriveer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van depriveren
    • Depriveer je? 

Gangbaarheid

  • Het woord depriveer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.