desollar

Spaans

stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
desollar
desollaba
desollado
volledig

Werkwoord

desollar

  • overgankelijk
  1. villen
  2. uitkleden, plunderen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.