discussieer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  discussieer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • dis·cus·si·eer

Werkwoord

vervoeging van
discussiëren

discussieer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van discussiëren
    • Ik discussieer. 
  2. gebiedende wijs van discussiëren
    • Discussieer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van discussiëren
    • Discussieer je? 

Gangbaarheid

  • Het woord discussieer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.