distingeer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  distingeer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • disĀ·tinĀ·geer

Werkwoord

vervoeging van
distingeren

distingeer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van distingeren
    • Ik distingeer. 
  2. gebiedende wijs van distingeren
    • Distingeer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van distingeren
    • Distingeer je? 

Gangbaarheid

  • Het woord distingeer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.