divergeer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  divergeer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • di·ver·geer

Werkwoord

vervoeging van
divergeren

divergeer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van divergeren
    • Ik divergeer. 
  2. gebiedende wijs van divergeren
    • Divergeer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van divergeren
    • Divergeer je? 

Gangbaarheid

  • Het woord divergeer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.