doleer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  doleer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • do·leer

Werkwoord

vervoeging van
doleren

doleer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doleren
    • Ik doleer. 
  2. gebiedende wijs van doleren
    • Doleer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doleren
    • Doleer je? 

Gangbaarheid

  • Het woord doleer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.