doorstreepte

Uitspraak

• Geluid:  doorstreepte    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• door·streep·te

Werkwoord

doorstreepte

1. (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van doorstrepen
   

   • ... dat ik doorstreepte. 
     
   • ... dat jij doorstreepte. 
     
   • ... dat hij, zij, het doorstreepte. 

doorstreepte

1. enkelvoud verleden tijd van doorstrepen
   

   • Ik doorstreepte. 
     
   • Jij doorstreepte. 
     
   • Hij, zij, het doorstreepte. 

2. verbogen vorm van doorstreept, voltooid deelwoord van doorstrepen

Gangbaarheid

• Het woord doorstreepte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.