dromde samen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: dromde samen (hulp, bestand)
Woordafbreking
- drom·de sa·men
Werkwoord
vervoeging van |
---|
samendrommen |
dromde samen
- enkelvoud verleden tijd van samendrommen
- Ik dromde samen.
- Jij dromde samen.
- Hij, zij, het dromde samen.
- Ik dromde samen.
Gangbaarheid
- Het woord dromde samen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.