dubbelsloeg
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: dubbelsloeg (hulp, bestand)
Woordafbreking
- dub·bel·sloeg
Werkwoord
vervoeging van |
---|
dubbelslaan |
dubbelsloeg
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van dubbelslaan
- ... dat ik dubbelsloeg.
- ... dat jij dubbelsloeg.
- ... dat hij, zij, het dubbelsloeg.
- ... dat ik dubbelsloeg.
Gangbaarheid
- Het woord dubbelsloeg staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.