encodeerde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  encodeerde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • en·co·deer·de

Werkwoord

vervoeging van
encoderen

encodeerde

  1. enkelvoud verleden tijd van encoderen
    • Ik encodeerde. 
    • Jij encodeerde. 
    • Hij, zij, het encodeerde. 

Gangbaarheid

  • Het woord encodeerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.