enumereren

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  enumereren    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • enu·me·re·ren
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
enumereren
enumereerde
geënumereerd
zwak -d volledig

Werkwoord

enumereren

  1. opsommen
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord 'enumereren' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.