equipeerde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  equipeerde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • equi·peer·de

Werkwoord

vervoeging van
equiperen

equipeerde

  1. enkelvoud verleden tijd van equiperen
    • Ik equipeerde. 
    • Jij equipeerde. 
    • Hij, zij, het equipeerde. 

Gangbaarheid

  • Het woord equipeerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.