fagottistje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  fagottistje    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • fa·got·tist·je

Zelfstandig naamwoord

hetfagottistjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord fagottist
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.