fatsoeneer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  fatsoeneer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • fat·soe·neer

Werkwoord

vervoeging van
fatsoeneren

fatsoeneer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van fatsoeneren
    • Ik fatsoeneer. 
  2. gebiedende wijs van fatsoeneren
    • Fatsoeneer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van fatsoeneren
    • Fatsoeneer je? 

Gangbaarheid

  • Het woord fatsoeneer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.