fietskoeriertje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  fietskoeriertje    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈfitskurircə/ (4 lettergrepen)
    • (Noord-Nederland): /ˈfits.kuˌriːr.cə/
    • (Vlaanderen, Brabant): /ˈfits.kuˌriːr.tʲə/
Woordafbreking
  • fiets·koe·rier·tje

Zelfstandig naamwoord

hetfietskoeriertjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord fietskoerier
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.