fietstoeristen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  fietstoeristen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • fiets·toe·ris·ten

Zelfstandig naamwoord

defietstoeristenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord fietstoerist

Gangbaarheid

  • Het woord fietstoeristen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.