fleem

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  fleem    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • fleem

Werkwoord

vervoeging van
flemen

fleem

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van flemen
    • Ik fleem. 
  2. gebiedende wijs van flemen
    • Fleem! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van flemen
    • Fleem je? 

Gangbaarheid

  • Het woord fleem staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.