forceert

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  forceert    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • for·ceert

Werkwoord

vervoeging van
forceren

forceert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van forceren
    • Jij forceert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van forceren
    • Hij forceert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van forceren
    • Forceert! 

Gangbaarheid

  • Het woord forceert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.