friseerde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: friseerde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- fri·seer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
friseren |
friseerde
- enkelvoud verleden tijd van friseren
- Ik friseerde.
- Jij friseerde.
- Hij, zij, het friseerde.
- Ik friseerde.
Gangbaarheid
- Het woord friseerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.