futselde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  futselde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • fut·sel·de

Werkwoord

vervoeging van
futselen

futselde

  1. enkelvoud verleden tijd van futselen
    • Ik futselde. 
    • Jij futselde. 
    • Hij, zij, het futselde. 

Gangbaarheid

  • Het woord futselde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.