gangbroen

Noors

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / ˈgɑŋ.bɾuːən /
Woordafbreking
  • gang·bro·en
Naar frequentie 49714

Zelfstandig naamwoord

gangbroen

  1. nominatief bepaald mannelijk enkelvoud van gangbro
Schrijfwijzen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.