gangmaakt

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  gangmaakt    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • gang·maakt

Werkwoord

vervoeging van
gangmaken

gangmaakt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van gangmaken
    • Jij gangmaakt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van gangmaken
    • Hij gangmaakt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van gangmaken
    • Gangmaakt! 

Gangbaarheid

  • Het woord gangmaakt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.