gareerden
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: gareerden (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ga·reer·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
gareren |
gareerden
- meervoud verleden tijd van gareren
- Wij gareerden.
- Jullie gareerden.
- Zij gareerden.
- Wij gareerden.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.