gelijkmaakte

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  gelijkmaakte    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ge·lijk·maak·te

Werkwoord

vervoeging van
gelijkmaken

gelijkmaakte

  1. (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van gelijkmaken
    • ... dat ik gelijkmaakte. 
    • ... dat jij gelijkmaakte. 
    • ... dat hij, zij, het gelijkmaakte. 

Gangbaarheid

  • Het woord gelijkmaakte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.