genezend
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: genezend (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ge·ne·zend
Werkwoord
vervoeging van: | genezen |
verbogen vorm: | genezende |
genezend
- onvoltooid deelwoord van genezen
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | genezend | genezender | genezendst |
verbogen | genezende | genezendere | genezendste |
partitief | genezends | genezenders | - |
Bijvoeglijk naamwoord
genezend
- dat iets of iemand minder ziek is dan voorheen
- De genezende patiënt mocht voor het eerst na de operatie zijn bed uit.
Synoniemen
Anagrammen
Gangbaarheid
- Het woord genezend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.